Campertrip naar de Alpen

Eerste zekerheidje: de wildkampeerplaats aan de Sioule bij Menat. Het is de moeite waard om over het hobbelige paadje naar de oever van de rivier te rijden, dat verder hoofdzakelijk gebruikt wordt door vissers die in lieslaarzen hun aas uitwerpen op jacht naar forel. Toegankelijker is de rivier over het water, getuige de 3-5 kano’s die gemiddeld per kwartier uit de Gorges de Sioule komen dobberen, met erin vooral Fransen.

Wandelen is er ook mogelijk, al zijn de opties voor vertrek beperkt tot een pad parallel aan de rivier, of hetzelfde grindpad waarover we met de auto aankwamen. We lopen naar Menat voor een drankje bij het lokale cafeetje, dan terug via Route de Belvédère naar het uitzichtpunt, vanwaar we ons camperplekje kunnen zien en een steil pad terug naar de oevers van de Sioule leidt. Een ander stel in een camper heeft het plekje dan ook weten te vinden. We koelen weer af in het frisse water terwijl de vissers verderop ongestoord hun forel binnenhengelen.

De campertrip naar de Alpen vervolgen we op quatorze julliet, dé vrije dag voor de Fransen, dus ook voor de bakker. Wat de lunch wordt blijft daarom nog even afwachten. Net voor lunchtijd kruisen we al de Allier waarlangs we een toegang naar het water opzoeken voor een korte dip. We zijn nauwelijks weer op weg als we bij het nabijgelegen dorpje Crevant Laveine de brocante opmerken. Dat is vooral een praktische tussenstop, besef ik me later. Jiska stopt enthousiast omdat ze de bezoekers met bakjes friet ziet lopen. Twee barquette de frites worden twee baguettes (met worst) én friet, na een vruchteloos rondje langs de rommelmarktkraampjes.

We kruisen vervolgens de Dore op weg naar Thiers. De stad mijden we met een route van witte weggetjes afgelezen van het kaartenboek van Michelin. Zo benaderen we door Parc naturel régional Livradois-Forez de departementsgrens tussen de Puy-de-Dôme en de Loire, waar het heuvelachtiger is. Op Col de la Loge kunnen we de camper redelijk vlak parkeren voor een middag en overnachting in alle rust – op wat Fransen na die voor de nummer één volkssport pétanque ook op deze helling een plekje weten te vinden. Bovendien kunnen we er die middag nog verrassend mooi wandelen in het bos- en heidegebied. We komen terug met een paar handjesvol bosbessen voor een goed ontbijt na een rondje hardlopen. Fris is het dan wel, die ochtend, met wat mist op zo’n 1200 meter hoogte.

Via Vienne mijden we de hoofdwegen bij Lyon om onze route richting Grenoble te vervolgen. Daar hebben we in Espace Naturel Sensible de la Tourbière du Peuil opnieuw een gratis camperplek gevonden, vanwaar het ook nog mooi wandelen is. Het blijkt een flinke dagwandeling om de 1000 meter hogere Le Moucherotte te beklimmen, waarbij ook 15 vlakke kilometers horen.

Een goede oefening voor de aankomende week waarin we de GR738 willen lopen. Het pad leidt veel door het bos en hogerop waait een frisse wind, ideaal voor een zonnige warme dag. Het uitzicht is er een voor op een ansichtkaart. Moe maar voldaan komen we aan in de kamer voor nog één lekker nachtje vóór de grote wandeltocht.