Dwars door Frankrijk

Via Bordeaux komen we langs de uitgestrekte wijnvelden van Médoc in het noorden van Gironde. Hier staan uitgestrekte aangeplante naaldbossen langs de kust waartussen talloze campings te vinden zijn. Aanvankelijk overnachten we in Soulac-sur-Mer, maar uiteindelijk kiezen we voor Camping Municipal de l’Océan van Monalivet, op een paar honderd meter van het strand.

Het is een goede test voor de camper, die komende zomer weer intensiever dienst moet gaan doen. De afgelopen jaren is de bus vooral gebruikt als verhuiswagen, maar alles blijkt nog prima functioneel. De vriend van mij rijdt voor de gelegenheid in een auto die ook fantastisch dienst doet als kampeermiddel. Dat is het rijdende bewijs dat er geen superdeluxe camper nodig is voor een vette roadtrip (mits je een beetje handig bent, of handige mensen kent 😉).

Op die camping, die nu hooguit voor een derde bezet is, hebben we een prima plek onder de dennen die wat schaduw geven. De zon geeft al volop warmte, al is het pas mei. We kunnen de zee horen als de wind het geluid draagt. De golven blijven juist het beste als de wind de andere kant op waait; we gaan met enige regelmaat bij het wisselende getij kijken en natuurlijk surfen als we een kans zien.

Het centrum van het dorpje is aan te lopen en biedt de nodige winkels en daarbij een hoop leuke kleine winkeltjes voor het grote publiek dat hiernaartoe ‘s zomers haar weg vindt. Er zijn verschillende winkels met surfspullen en kleding en natuurlijk cafe’s en restaurants. Op het plein is in het weekend een leuke markt met een behoorlijk aanbod, goed voor verse groente en brood uit de regio. Het is dan ook geen noodzaak om een harder die ik op het strand vind schoon te maken voor de lunch. Maar het is wél leuk om dat eens te proberen.

Huiswaarts, richting Nederland, kan ik mijn roadtrip met een boottocht voortzetten. De vriend rijdt door naar Spanje. Ik vaar over van Le Verdon-sur-Mer naar Royan, een oversteek van een klein half uurtje die een eind omrijden via Bordeaux bespaart. Een wildkampeerplaats even te noorden van La Rochelle is voor die dag ver genoeg. Ik parkeer bij sluizen die een delta-landschap met getijden-invloeden scheiden van een achterland dat bijna Hollands oogt.

Via Saumur en Rouen kan ik Parijs tolvrij westelijk passeren. Dat kost natuurlijk wel wat tijd en daarom nog een tussenstop. Die maak ik in het waterrijke gebied dat de rivier de Bresle vormt op de grens van de Somme en Seine-Maritime. Het is goed voor wat stromend water om de buitendouche te vullen na een lange dag rijden in het warme weer. Een fijne plek aan de vooravond van de dag van thuiskomst.