In een volle OV bus razen we de bergen in, vanaf de Rode Zee richting de Nijl. Met de Go Bus reizen we van Safaga naar Luxor, voor een kort bezoek aan de stad die barst van de overblijfselen uit de Egyptische oudheid. Maar eerst verhalen we over de reis ernaartoe!
Het is een gelukje, dat er tussen werken en duiken nog precies een paar dagen blijken over te blijven voor een (te) kort bezoek aan de oude hoofdstad van Egypte en de omliggende toeristische bestemmingen. We vragen wat rond in Safaga en horen van de mogelijkheid om een OV bus te nemen, in plaats van bijvoorbeeld een microvan – waarbij het maar de vraag is of het als toerist gaat lukken om mee te komen – of een privétaxi, wat veel geld kan kosten. We boeken de Go Bus online met onze creditcard en betalen voor een retour voor twee personen 560 Egyptische ponden (zo’n € 16,50). Met een taxi laten we ons bij het busstation in downtown Safaga afzetten.
De bus komt maar 10 minuten te laat voorrijden en vertrekt vlot; de meeste passagiers zijn al aan boord, ingestapt in Hurghada. Aan de chauffeur zal het niet liggen als er sprake zou zijn van vertraging, want hij houdt het gas er stevig op terwijl we de kust achter ons laten en de bergen inklimmen. Bochten worden over twee banen genomen en dat kan ook, want druk zijn deze wegen niet. De enige reden om even in te houden is een politiecheckpoint in the middle of nowhere.
Halverwege de woestijn stoppen we bij een eenzame ruststop, voor een toiletbezoek, eventueel een kop koffie of thee en een shisha voor de bestuurder. We kijken wat rond, mijden de tourist shop maar ook even de bus, waarin de temperatuur was opgelopen tot 28°C. Als de bestuurder opstaat is dat voor iedereen het sein om weer in te stappen. Het gaspedaal wordt weer ingetrapt en de airco gaat een standje koeler.
Zo komen we vlot in de buitenwijken van Qena, een grote stad op de oost-oever van de Nijl. Hier verandert het landschap compleet. Langs de weg liggen kilometers irrigatiekanalen vol water uit de Nijl, dat uitgestrekte akkers vol groene begroeiing voedt. Er werken veel mensen op het land. Ezeltjes bepakt met bundels suikerriet worden naar de weg geleid, waar op ezelkarren de oogst naar huizen langs de weg wordt gebracht.
Er is hier dan ook meer verkeer. De chauffeur drukt de tourbus er behendig doorheen, naar het Go Bus station in de stad. Na een korte stop wordt de weg vlot vervolgd, en al snel vangen we een glimp op van de Nijl, die zich majestueus uitstrekt tussen de groene oevers. Menig medereiziger verwondert zich met ons, wat doet vermoeden dat dit geen vanzelfsprekend busritje is. Dat maakten we ook al een beetje op uit de vele kinderen, maar ook mannen, die langs de weg naar de bus zwaaien.
Er volgen nog verscheidene checkpoints en er zijn steeds meer drempels op de weg om bestuurders als de onze een beetje te temperen. Op de tweebaansweg wordt echter met wat goedgetimed claxonneren een extra busbaantje gecreëerd zodat ook hier de vaart erin blijft. Al snel passeren we het vliegveld van Luxor en even later draaien we de stad al in.
Ook hier is het busstation midden in de stad gelegen en daarom moeten we nog een eindje voor we op onze eindbestemming zijn. We kruisen zo ook al de Avenue van de Sfinxen, een bijna 3 kilometer lange laan die de Luxor tempel met de Karnak tempel verbindt. Ooit stonden hier aan weerszijden lange rijen standbeelden van sfinxen. Ze zijn niet allemaal behouden gebleven, maar het ziet er niettemin indrukwekkend uit. Het is een voorproefje van wat ons hier te wachten staat.
De busrit van Safaga naar Luxor heeft een kleine 4 uur geduurd als we aankomen op onze bestemming. De bus stopt en loopt leeg. Amper buiten worden we feilloos als toeristen onderscheiden door de wachtende taxichauffeurs die fel hun diensten aanbieden. We lopen net zo lang door tot ze ons met rust laten en staan dan bijna bij het treinstation. Lang hoeven we niet te wachten voor daar een ‘gewone’ taxi passeert, die ons verder kan brengen.
We bespraken geen prijs voor dit ritje, want we weten dat 50EGP ruim voldoende is. Toch krijgen we een ontevreden blik van de taxichauffeur en de wens dat we 250EGP betalen. Ik laat me ontspannen terugzakken in de achterbank, terwijl Jiska alvast uitstapt. We kunnen lang of kort praten, maar meer krijgt hij niet – ik heb alle tijd. Uiteindelijk gaat het nog maar om 30, dan 20 pond extra en beseft ook de bestuurder dat dit een verloren zaak is. We kunnen verder.
We staan dan op de oever van de Nijl, waar de openbare veerboot vertrekt die heen en weer pendelt tussen de oost- en westoever van de rivier. De rivier is hier misschien zo’n beetje zo breed is als de Maas in Rotterdam. Voor nog eens 50 pond kunnen we aan boord, waar we wel echt één van de weinige toeristen zijn. Elk kwartier vertrekt er wel een boot en er wordt veel gebruik van gemaakt. Voor toeristen is een overtocht met één van de vele kleurrijke ‘private ferries’ ook mogelijk, voor 50EGP per overtocht. Er is pas sinds kort een nabijgelegen brug gemaakt even ten noorden van de stad.
Aan de overzijde van de rivier worden we opgewacht door ditmaal tuktuk drivers, maar ook door de eigenaar van het guesthouse waar we verblijven. Met een chukran wimpelt hij de chauffeurs vlotter af dan ons dat lukt. Even later verwelkomt hij ons bij het verblijf aan de Nijl, met een mooi dakterras waarvanaf het uitzicht denk ik nooit verveelt.
Blijf op de hoogte!
Ontvang een wekelijkse e-mail met de laatste blogberichten
Reacties
Wat een mooie beschrijving van de busreis, Pim. Ik kan het helemaal meevoelen.