Met een roadtrip door Tibet ontsnappen we aan de grote stad Lhasa en krijgen een onverwacht goed stukje asfalt gepresenteerd, waarop het uitzicht van stedelijke bebouwing zich al snel verruilt voor uitsluitend bergen. De toppen daarvan vangen de schaduw van de wolken, met daaronder een goudgele band van de opkomende zon, die de onderkant nog niet kan raken omdat de bergen aan de andere kant van de vallei het licht op eenzelfde wijze vangen.
Ter attentie luid claxonnerend, halen we vrachtwagens in die zo vol zijn geladen dat we onszelf niet afvragen óf dat er af gaat vallen, maar eerder wanneer dat gaat gebeuren. Ze rijden langzamer als de weg verslechtert en je ziet ze niet meer als de weg de berg opkrult en op een gegeven moment het kleinste gat erin ‘slechts’ de grootte heeft van een autowiel.
Zelfs als er, voor Nederlandse begrippen, nog maar één rijbaan over is, passeren we vlak voor een haarspeldbocht nog auto’s. Er zijn ook weinig tegenliggers; iedereen lijkt dezelfde kant op te gaan. Ik grap tegen Jiska dat ik naar de A4 verlang, dat grapje keert zich tegen me als er even later helemaal geen weg meer over is.
De gids draait zich breedlachend om op de bijrijdersstoel en belooft ons voor morgen 110 kilometer van deze wegkwaliteit. Gelukkig is de bestemming dan Everest Base Camp; daar kunnen we naar uitkijken. De rest van de dag is heerlijk. Schijnbaar vrolijk toeterend (het is hier een goede gewoonte om het zo te interpreteren) passeren of ontwijken we alles van Landrovers tot de meest eenvoudige wegvoertuigen en van koeien tot honden. De uitzichten zijn adembenemend en het autoraam lijkt altijd een ansichtkaart. We zien Yamdrok Lake en een gletsjer. We stoppen even bij een watermolen en tot slot in Shigatse. Lekker, een bed!
De volgende dag gaan we weer vroeg de weg op. Over de 110 kilometer onverharde weg gaan we naar verwachting 6 uur doen, dus eerst even genieten van 6 uur ‘gewoon’ asfalt. Daarna worden we geschud en gehusseld in het busje dat toch echt niet gemaakt is voor dit terrein. De schokdemper breekt en we worden gedwongen tot een topsnelheid van zo’n 20 kilometer per uur waarmee we de laatste 30 kilometer naar Everest Base Camp moeten afleggen.
Dat maakt ons weinig uit, want het uitzicht op de Mount Everest is mooier dan we hadden kunnen dromen. Terwijl wij de berg langzaam naderen, trekken de wolken zich langzaam terug en al voor we het tentenkamp, op zo’n 8 kilometer van het Base Camp, binnenrollen, stoppen we meermaals voor foto’s van de gigantische berg (foto’s volgen in de Foto’s van… Mount Everest post).
Bijna onafgebroken blijven we kijken naar het onwerkelijke uitzicht op de noordzijde van de Everest; als de avond valt eten we nasi en noodles, daarna verlicht de maan onze kant van de berg en zien we flitsen van onweer erachter, een onwerkelijk schouwspel.
‘s Ochtends is er door bewolking bijna niets meer van de Everest te zien. Het benadrukt hoe veel geluk we de dag ervoor hadden. Desondanks bezoeken we het E.B.C. dat er verlaten bij ligt. Op de grond, die wij van het Chinese leger alleen in ruil voor een boete van 6000 yuan mogen betreden, liggen stenen in allerlei patronen en woorden. Tekens van de klimmers die hier, na 3 dagen acclimatiseren, zijn begonnen aan de grote klim.
De meeste van onze groep kiezen nu liever voor de daling die in het verschiet ligt, van E.B.C. op 5250 meter naar Zhangmu op zo’n 350 meter, waar we weer lekker kunnen ademen en de hoofdpijn ineens weg is.
Dat onderweg de auto tot 3 keer toe kuren heeft en we weer zo’n 6 uur over ruig terrein rijden geeft niks; we worden getrakteerd op de prachtigste landschappen met daarin eenzame tenten van nomaden. Verwilderd ogende kinderen zwaaien als we passeren. Grasland verruilt zich voor een rotsachtige leegte die overgaat in een droge zanderige vlakte, met altijd de Himalaya aan de horizon.
De enkele dorpjes worden steeds iets groter, totdat we applaudisserend het punt bereiken waar weer asfalt is aangelegd. Al voor we in Zhangmu aankomen, zijn de bergen rijkelijk begroeid met de groenste vegetatie die we in drie dagen zagen: we naderen Nepal!
Blijf op de hoogte!
Ontvang een wekelijkse e-mail met de laatste blogberichten
Reacties
Mooie foto’s zeg en zo ook de belevenissen. Ik ga Harry voorstellen dat hij de laatste jaren in tibet voor de anwb gaat werken.
Wouw wat een mooie verhalen en foto’s! Ik liep een beetje achter want ik krijg niet elke keer een mailtje.. klopt dat Pim? Geniet ervan!
Hoi Floor,
Bedankt voor je reactie. We vinden elke twee dagen wat veel voor iedere keer een emailtje. Wil je ons nauwgezet volgen dan kun je er zo’n beetje vanuit gaan dat er om de dag wel een berichtje op de site verschijnt. Mocht je aandacht verslappen, dan wordt je na verloop van tijd weer aan ons herinnerd via de mail 🙂 Groeten aan Pepijn!