Roadtrip naar de Lofoten

De roadtrip naar de Lofoten voeren we aan als een goed alternatief voor de terugreis vanaf de Noordkaap. We zijn nu zo noordelijk dat het een kleine moeite lijkt om direct ook de Lofoten mee te pakken. Daar gaan we voor. We slingeren Noorwegen weer in en zien nog eens wat fjorden op weg naar Å, het uiterste puntje van de Lofoten dat via de weg bereikbaar is. We vermijden zo een deel van de route door Zweden die we op de heenweg al gezien hebben.Het landschap van Noorwegen blijft verrassen. Dit vormt een scherp contrast met Zweden, dat wel mooi is, maar ook eentonig. Als we over een pas een fjord inrijden, is het soms even goed kijken wat we precies zien. Noorwegen geeft uitzichten die bijna abstract worden. Er is wel wat geduld nodig, veel wegen leiden langs het water tot diep in het fjord en dan weer helemaal eruit.

Eenmaal vlakbij Narvik gaat de roadtrip naar de Lofoten snel. Voor we het weten zijn we de brug gepasseerd die ons op het eerste eiland van de Lofoten brengt. Meer dan 10 tunnels, bruggen, dammen en een overnachting verder, staan we op het puntje van het land, te kijken of we verder kunnen.

Å is weer een toeristische plaats die vooral betekenis krijgt door de ligging. Ondanks de heerlijke kanelbulle, die hier worden gebakken, blijken de minder bezochte delen van de afgelegen eilanden veel meer de moeite waard. Er zijn mooie fietstochten te maken en heerlijke kampeerplekken te vinden, zoals deze langs de weg tussen Sennesvika en Ramsvika.

Om onze reis te vervolgen nemen we de ferry naar Bodø en pakken daarmee de kans om een tussenstop te maken, om te wandelen op Værøy. Nog een eiland verder dan dat van Å.